Bekentenis, Wat is taal toch mooi...

Bekentenis: ik lees graag Nederlands, maar toch koop ik minder vertalingen

Monisha van Books & Dreams riep even geleden iedereen op om meer Nederlands te lezen en zij is niet de enige. Nederlandse uitgeverijen worstelen om het hoofd boven water te houden en dat allemaal door de groeiende dominantie van het Engels. Jongeren lezen steeds meer Engels, ook al beheersen ze die niet zo goed als hun moedertaal. Het Engels wint steeds meer terrein en dat is best jammer.

Nederlands is een mooie taal. Het is onze taal. De taal waarmee we opgegroeid zijn en die ons ook altijd het meest weet te raken. Ik lees graag in het Nederlands, ook al studeer ik zelf Engels-Spaans aan de universiteit. Ik beheers dus Engels redelijk goed, maar Nederlands is nog steeds de taal waarin ik het liefste lees. Het is de taal van wat ik de fijne finesses net iets beter kan begrijpen. En toch, koop ik minder vertalingen en daar heb ik een goede reden voor.

Skopos

Het voordeel aan Toegepaste Taalkunde studeren is dat ik heel veel algemene vakken heb die de geschiedenis van vertaaltheorieën uitleggen. Wat maakt een vertaling een goede vertaling? Daar zijn veel ideeën over, maar de skopostheorie (door Vermeer en Reiss) vind ik een hele goede. En daar ligt ook het beginsel waarom ik de laatste jaren minder vertalingen ben gaan kopen.

Een YA-roman is geschreven met een bepaalde doel. Dat doel is dat het speciaal voor jongeren (een doelgroep) is geschreven, waardoor jongeren zich ook optimaal kunnen inleven in het verhaal. Ze herkennen er met andere woorden hun eigen leefwereld in door het taalgebruik, gewoontes en situaties. De skopostheorie gaat ervan uit dat een vertaling een functionele adequate vertaling moet zijn, d.w.z. dat de boodschap (de essentie van een boek) moet functioneren binnen in de doelcultuur, in ons geval het Nederlands. Nu, hier komt mijn punt: vertalers slagen er (vaak) in Nederland in om dat doel te realiseren, maar helaas slaan ze in België de bal helemaal mis. Ik leg je uit waarom.

Er bestaat niet één goed Nederlands

Nederlands is niet één gegeven. Het bestaat uit verschillende variëteiten die niet per se slechter zijn of beter. Maar het nadeel daaraan is dus dat niet iedereen elke variëteit begrijpt en daardoor is het Standaardnederlands ontstaan. Dé variëteit die iedereen begrijpt, of toch bijna iedereen, want er bestaat zoiets als het Standaardnederlands uit België en het Standaardnederlands uit Nederland. Hoewel de variëteiten heel veel gemeen hebben, hebben ze ook veel verschillen en daar loopt het soms aan beide kanten mis. Vlaamse schrijvers moeten hun boeken aanpassen en typisch Vlaamse uitdrukkingen schrappen, maar omgekeerd gebeurt dat niet of toch heel weinig.

Die échte Hollandse jongerentaal werkt niet voor mij

Waar ik het meest over struikel in de vertalingen van de hedendaagse YA-romans is het taalgebruik in de dialogen. Als je dit als Nederlander leest, dan zal je je daar vast niet mee kunnen identificeren, maar ik weet van heel veel Belgische lezers dat dat net de reden is waarom zij afhaken op vertalingen. In de leesclub bespreken we ook vaak de vertalingen en acht op de tien keer moet de algemene score van een boek lijden onder de té Hollandse vertaling. (Lees eens dit verslagje.)

Ik schreef eerder twee artikels over struikelwoorden in YA (die kan je hier én hier nog eens teruglezen). Het is zo dat ontzettend veel vloekwoorden, scheldwoorden of ander taalgebruik gebaseerd zijn op de jongerentaal in Nederland. Dingen zoals kloteharses en wat heb ik nou op mijn fiets hangen? worden nooit gebruikt in Vlaanderen.

Dat is natuurlijk normaal, want de meeste vertalers van YA komen uit Nederland. Maar toch zorgt dat ervoor dat Vlaamse lezers de vertaling ervaren als iets dat niet bij hen hoort en functioneert de vertaling niet in onze Vlaamse cultuur. De vertaling voelt niet goed aan voor de lezer (soms is het zelfs lachwekkend), dus is de lezer minder geneigd om de volgende keer nog eens een vertaling te kopen. Ik heb bijvoorbeeld één uitgeverij waar ik nooit meer een boek van wil kopen. Na meer dan vijf boeken waarvan de vertalingen oprecht verschrikkelijk (en lachwekkend) waren, wil ik liever mijn geld ergens anders aan spenderen. Bovendien let ik tegenwoordig welke vertaler een boek heeft vertaald. Is het een vertaler waar ik al slechte ervaringen mee gehad heb, dan leg ik die liever weg. Is het omgekeerd dan een vertaler die ik supergoed vind, dan koop ik meteen de Nederlandse editie.

Moet een Nederlandse uitgeverij dan speciaal een vertaling maken voor Belgen?

Nee, natuurlijk niet! Wat een geweldige oplossing zou zijn is als uitgeverijen een Belgische corrector of proeflezer in dienst zouden nemen die de typische uitdrukkingen eruit haalt die écht niet kunnen in Vlaanderen. Ook kunnen ze bijvoorbeeld een lijstje aanleggen met woorden die ze het best vermijden in een vertaling en een alternatief kiezen die zowel in België als Nederland goed klinkt. Een van de vele dingen die mij echt stoort is als vertalers Britse of Amerikaanse schoolgraden vertalen met bijvoorbeeld vwo of brugklas. Niemand hier in Vlaanderen weet waar dat voor staat, terwijl ook hier veel boeken worden verkocht. Is het dan niet gewoon goed om voor brugklas het eerste jaar van de middelbare school te nemen? Dat begrijpt tenminste iedereen.

Wat vind jij als Vlaamse lezer van de Nederlandse vertalingen? Stuit je vaak op dit probleem of maakt het je niet zoveel uit?

52 thoughts on “Bekentenis: ik lees graag Nederlands, maar toch koop ik minder vertalingen

  1. Amen!

    Heel veel boeken vind ik ook echt niet meer leuk in het Nederlands. Normaal lees ik voornamelijk Nederlands omdat dat voor het vlotst gaat, maar vorig jaar heb ik opmerkelijk veel meer Engels gelezen omdat ik zoveel tegenslagen heb gehad met bepaalde vertalingen. De dialogen zijn vaak zo geforceerd dat ik de humor er niet van snap. In het Nederlands lezen is meer spanning geworden ipv ontspanning.

  2. Ik heb me eerlijk gezegd nooit gerealiseerd dat er zoveel Nederlandse uitspraken zijn die in Vlaanderen nergens op slaan.. Daar zouden uitgeverijen toch op zn minst even rekening mee kunnen houden door inderdaad een lijstje aan te leggen met de meest voorkomende ‘fouten’.

  3. PREACH!
    Hoe vaak mijn tenen wel niet krullen van zo’n woorden/zinnen! Echt enorm spijtig dat ze er zo weinig rekening mee houden, ze spreken namelijk niet enkel Nederlands in Nederland. En day is iets wat ze vaak vergeten volgens mij.

  4. Dat wat je aanhaalt van vwo vind ik nog het beste voorbeeld: want oké die gekke scheldwoorden zijn irritant en (voor ons) ongeloofwaardig, maar je kan ze tenminste nog min of meer snappen. Als een tiener echter leest dat het hoofdpersonage naar de vwo gaat, zou dat evengoed de gynaecoloog of afdeling waar je je rijbewijs gaat halen kunnen betekenen, want zo’n afkorting is 100% ontoegankelijk voor niet-ingewijden.

    Ik ben dan ook heel lang een echte Engels-snob geweest. Tegenwoordig heb ik geleerd om werk van eigen bodem ook naar waarde te schatten (kan moeilijk anders als je zelf schrijft :-p), maar voor vertalingen ligt dat natuurlijk anders want je hebt een keuze … En als Engels niet alleen begrijpbaarder maar ook goedkoper is, tja …

    Een Vlaamse proeflezer lost echt enorm veel van die problemen op en kost amper iets voor zo’n uitgeverij. Tijd dus om Vlaamse lezers wat minder stiefmoederlijk te behandelen en een klein beetje rekening met ons te houden. It’s long overdue!

    1. Vroeger werd er ‘naar het gymnasium’ geschreven als vertaling. Maar dat komt nu te elitair over, denk ik. En ik weet ook niet of dat begrip in België gebruikt wordt. Het Nederlandse schoolsysteem is wat dat betreft best vaag, met al die lagen.

      Maar aan de andere kant; je hoeft het maar 1 keer op te zoeken en je weet het voor de rest van je leven. 🙂

      1. Zeggen dat ze het gewoon kunnen opzoeken vind ik wat gemakzuchtig, want ik denk dat voor de gemiddelde 14-jarige het sowieso al lastige concept van leesplezier en “vogel zelf maar uit hoe het scholensysteem in een ander land werkt” niet meteen hand in hand gaan. :-p Je kán alles opzoeken, ook als een boek vol technische termen zou staan of zo, maar dat proces van onderbreking beïnvloedt je leeservaring op een negatieve manier.

        1. Eens, het is makkelijk om zoiets te zeggen. Ondertussen na een aantal jaren YA lezen weet ik wat men bedoeld met havo, vwo en al die ander dingen. Maar dat vond ik pas uit na een paar jaar, nadat ik meermaals uitleg had gevraagd aan mijn Nederlandse vrienden. Er is zijn altijd oplossingen met taal. Je zegt dat taal leeft, wel: taal heeft dus ook meerdere manieren om hetzelfde uit te drukken. Ook zo’n specifieke termen.

        2. Ik ben dat als tiener wel gaan opzoeken hoor, over het Amerikaanse schoolsysteem, omdat ik het vreemd vond dat personages pas op hun 14 naar highschool gingen. Maar ik was dan ook een soort van vergroeid met wikipedia (studieontwijkend gedrag).
          Maar echt, als men over school praat en dan ‘het vwo’, dan is het toch niet heel lastig om je voor te stellen dat het waarschijnlijk om een schoolbegrip gaat? Contextueel lezen enzo. Dus 100% ontoegankelijk vind ik wel erg kort door de bocht. 14-jarigen gaan niet gebruikelijk hun rijbewijs halen of naar de gynaecoloog. Ik snap dat het frustrerend is, maar ‘ze ging naar de middelbare’ dekt niet helemaal de lading op elk vlak. En al helemaal niet bij een oorspronkelijk Nederlandstalig boek omdat er echt behoorlijk wat verschil zit in de verschillende niveaus hier. Niet alleen qua studiejaren, maar ook qua vakkenpakketten en stereotypen die er uit voortkomen.
          Daarnaast vind ik dat een boek echt wel moeilijke termen mag bevatten die een leerling moet opzoeken. Daar leren ze van. En als je echt voor je plezier leest, struikel je niet zo over een term als het vwo. Als je uit de context kan opmaken dat het over school gaat, dan is er toch helemaal niks aan de hand? Lezen mag nieuwsgierigheid best stimuleren. Als alles uitgekauwd wordt… daar moet ik niet aan denken.

          1. Tevens. Als je in een boek zou zien: “Hij ging naar het vwo. In Nederland is dit het hoogste opleidingsniveau op de middelbare school.” Dan neem je het derde boek waarin dit wordt uitgekauwd toch ook niet meer serieus? Dat soort dingen kunnen niet.. Dus wordt er gekozen voor het alternatief; alleen het vwo noemen.
            Tuurlijk is dit rot voor mensen die het niet snappen. Maar gezien het overgrote deel van de lezers dit wel zullen snappen, wordt daar voor gekozen. Dat is niet eerlijk, ik weet het, maar helaas zie ik die niet snel veranderen. Dat neemt niet weg dat ik het heel belangrijk vindt dat er ruimte moet zijn om uitgevers, auteurs en vertalers er op te wijzen dat dit soort zaken onduidelijk zijn voor Vlaamse lezers. Andersom wordt immers vaak ook gedaan (zij het niet altijd).

          2. Ik zal eerlijk zijn: de reden waarom ik dit artikel heb geschreven is omdat ik vind dat er weinig ruimte is om dit te bespreken met uitgevers. En dat komt misschien omdat we een kleinere markt zijn, maar ook omdat Nederland nog steeds superieur is als het om de verspreiding van het Nederlands gaat. Maar het is nu eenmaal zo dat onze taalvariëteiten aan het divergeren zijn en we vaak verschillende benamingen en uitdrukkingen hebben. Ik vind dat niet altijd verkeerd, maar vaak stoort het. En in sommige vertalingen al wat meer dan de andere. Je kan inderdaad blijven verwijzen naar dat moeten we leren etc, maar zo werkt het niet. Je kan geen vreemde taal aan iemand opleggen. Ik zou het fijn vinden als uitgeverijen er meer zouden op letten om goede alternatieven te gebruiken die zowel in Vlaanderen als in Nederland kunnen.

          3. Ik snap al je argumenten Emmy, maar ik denk dat het vanuit jouw oogpunt zijnde ‘de meerderheid’ altijd heel makkelijk is om te komen met rationele argumenten, redenen en “nou stel je niet aan, valt allemaal best mee, nuance nuance nuance” maar dat dat alles zelden iets verandert aan de gevoelservaring van ‘de minderheid’ van waaruit wij het probleem aanschouwen …

            Met moeilijke woorden ben ik het overigens helemaal eens hoor (mij wordt vaak gevraagd het wat makkelijker te maken voor de doelgroep, vind ik altijd zonde), maar dit is toch echt iets gevoelsmatig en niet iets intellectueel. Ik weet dat jij leesplezier aanmoedigen bij jongeren ook superbelangrijk vind, en dit is – helaas – nu eenmaal hoe het voelt voor Vlaamse jongeren wanneer ze vertalingen lezen. Daar veranderen de beste argumenten ter wereld jammer genoeg helemaal niets aan :-/

          4. Alleen maar goed dus, Audrey, dat je voor vertaler studeert, want dan kan jij juist wél de verandering zijn die je wilt zien op de markt.

  5. Aan de ene kant vind ik het heel logisch als er een aantal typisch Nederlandse zinnen ook begrijpbaar gemaakt zouden worden voor Vlamingen. Maar aan de andere kant zijn dit vaak zinnetjes die in het Engels ook al lastig te vertalen zijn naar het Nederlands.

    Ik denk juist dat het voor beiden (Nederlanders en Vlamingen) juist interessant is om te leren van die typische zinnetjes! En dan helpt het natuurlijk niet om bij voorbaat alle vertalingen al de deur te wijzen.
    Nu klopt het wel dat elke vertaler (en elke uitgever) zo zijn kenmerken heeft en heb ook ik mijn voorkeuren, maar ik zou een boek niet weigeren alleen omdat het vertaald is door een bepaald persoon.
    Mijn tenen krullen ook om als ik ‘zo je wilt’ lees als vertaling van ‘if you will’, maar dat is nog geen reden om een vertaler de deur te wijzen.

    Kortom; taal is in beweging. Ik ben het er mee eens dat we Vlaamse lezers niet mogen wegcijferen (al is het leesgebied natuurlijk echt een heel stuk kleiner), maar ik vind ook dat beiden kanten moeten openstaan om nieuwe uitdrukkingen te leren. Want zelfs binnen Nederland zijn er nog genoeg uitdrukkingen die de andere helft van Nederland niet kent. Zo is het nu eenmaal. Daar leer je van.

    Daarnaast; Brits en Amerikaans Engels heeft ook genoeg verschillen (HP is immers in zowel een UK versie als US versie uitgegeven qua taal.. Eeuwig zonde, want het Britse hoort bij een boek dat zich afspeelt in de UK). Je leert de verschillen juist herkennen als je er over leest.

    Ik denk ook dat het juist interessant is om tijdens een leesclub dit soort warrigheden te bespreken, omdat je dan met elkaar kunt gaan puzzelen wat er mee bedoeld wordt.

    Even terugkoppelen naar de ’that sucks!’ in je leesclub verslag.
    Een aantal jaren terug zou dat vertaald zijn in ‘Dat is knudde’, iets wat jongeren nu helemaal niet meer zouden snappen. De Engelse taal heeft de laatste paar jaren veel invloed en Nederlanders hebben de neiging om dat soort zaken letterlijk te vertalen. En dus heeft ‘zuigen’ een extra betekenis gekregen. Eentje die misschien nog niet in België is doorgedrongen, maar hier in Nederland wel (al zeggen leerlingen vaak gewoon sucks :))

    1. Ik denk dat je het punt van mijn artikel een beetje gemist hebt. Ik leer graag over de verschillen tussen onze taalgebieden én ik weet meestal (na inderdaad wat opzoekwerk) wat ze betekenen. Ik studeer zelf voor vertaler, dus je hoeft me niet uit te leggen dat sommige woorden moeilijk te vertalen zijn. Ik weet heel goed dat een taal leeft en dat woorden over de jaren heen een andere betekenis krijgen. Maar dat wil ook zeggen dat er om dezelfde betekenis uit te drukken, meerdere mogelijkheden bestaan. En die mogelijkheden kiest de vertaler zelf.

      In mijn artikel wil ik graag aankaarten dat door té Hollandse uitdrukkingen te gebruiken, ik de vertaling niet ervaar als iets waar ik me thuis in voel. (En dat voel jij misschien wel.) Vertalingen tegenwoordig (maar heus niet allemaal) zijn oprecht vreemd om te lezen vanuit een Vlaamse hoek. Als lezer kan ik me er soms niet meer me identificeren en dat is niet omdat ik de begrippen niet wil kennen. Is het dan geen goede reden om een bepaalde vertaling niet meer te willen lezen? Als je er niet meer van geniet en het oprecht niet meer leuk is?

      1. Maar is het dan als vertaler in spe juist niet belangrijk om juist die vertalingen te blijven lezen? Niet alleen om die typisch Nederlandse (en soms tenenkrommende) uitdrukkingen te lezen (serieus, er zitten zo veel lelijke uitdrukkingen tussen), maar juist om te kijken hoe je het anders zou doen?

        Ik heb ook vaak zat dat ik vertalingen onprettig vind. Te letterlijk, te houterig, te zielloos, maar ik weet ook dat Nederlands lezen makkelijker is (voor mij) en dat het belangrijk is om de Nederlandse boekenmarkt te steunen. Ik leg frustraties als ‘zo je wilt’ met liefde naast me neer en focus me liever op het verhaal.

        Ik heb de strekking van je verhaal zeker begrepen, maar ik merk wel dat er daardoor een beetje een welles-nietes verhaal lijkt te ontstaan waarbij té Nederlandse uitdrukkingen meteen in een kwaad daglicht worden gezet. Echt, ik snap jullie punten, maar ik denk dat er ook gekeken kan worden door Vlaamse lezers hoe je hier het beste mee kunt omgaan (bijvoorbeeld door Nederlandse vrienden te vragen hoe en wat of een uitgever te mailen).. Sorry, ik kan niet helemaal onder woorden brengen wat ik precies bedoel waarmee ik kan verwoorden dat ik jullie frustraties zie en vind dat er heel wat te behalen valt om het leesplezier voor beide talen te verbeteren, maar ik snap de keuze voor de vertalingen ook, want ze passen heel goed bij de huidige manier van communiceren onder jongeren.

        1. Ik heb nooit gezegd dat ik stop met vertalingen lezen, want ik lees er nog steeds meer dan ik in een vreemde taal lees. En ik vind in mijn moedertaal lezen nog steeds het prettigst, maar de laatste tijd is me opgevallen dat ik dat niet meer zo doe. Ik heb al uitgeverijen eens gemaild met feedback, maar toch en ik vraag heel veel raad aan Nederlandse vrienden. Maar dat is soms als je een boek leest, niet wat je meteen wil doen. Ik hoop dat er met dit artikel misschien uitgeverijen op een andere manier zullen kijken en openstaan voor feedback.

          1. Klopt, maar je zei wel “Ik heb bijvoorbeeld één uitgeverij waar ik nooit meer een boek van wil kopen”, en daar reageerde ik vooral op.

            Ik hoop ook oprecht dat uitgevers meer open zullen staan voor feedback. Sowieso is het vaak nog zo dat veel uitgevers nogal onbereikbaar lijken voor hun lezers. 🙁

        2. Nederlands lezen hoort voor ons gemakkelijker te zijn, maar als ze afkomen met knakker, minkukel, kloteharses dan stopt het verhaal ook voor mij. Daar kan je inderdaad overlezen, maar dat neemt wel een heel stukje plezier weg. Ik heb geen problemen met woorden zoals verkering of lid (down south) omdat dat gekende woorden zijn ook al gebruiken wij deze hier niet. Daarbij heb ik met het begrip OV al leren leven omdat ik Nederlandse vrienden heb, maar over het onderwijs spreek ik mij niet uit. En nee ik ga dat niet nog eens opzoeken om te zien hoe dat allemaal precies in elkaar zit. Het valt gewoon niet te snappen. Wij zeggen mss KSO maar in boeken zal ook verwezen worden naar de kunstacademie zodat het voor iedereen verstaanbaar is. Ik heb voornamelijk de indruk dat Vlaamse schrijvers continu moeten plooien. Kijk maar naar Vanessa haar boek. Ik dacht zelf eerst dat ze van juist over de grens kwam omdat ik het echt plat Nederlands voor mij overkwam, terwijl ik vaak in Nederlandse boeken of vertalingen merk dat er amper ruimte is om aan te passen. Dat we woorden als kleedje moeten aanpassen naar jurkje begrijp ik nu nog, maar je gaat me toch niet vertellen dat jullie niet weten wat een koelkast of een microgolfoven is. Volgens mij is het dan eerder van niet willen in plaats van niet begrijpen. Dat je als Nederlandse schrijver verkiest om meer op het Nederland Nederlands te focussen begrijp ik. Bij Vlaamse schrijvers blijven er ook typische Vlaamse uitspraken staan. Maar in vertalingen mag er best ruimte zijn, want deze zijn wel voor beide doelpublieken bestemd. Er is hier dan geen sprake meer van een minder of meerderheid. Sinds wanneer is de ene meer superieur dan de andere geworden? Een Nederlandse vertaling moet je begrijpen binnen het jongerengenre. Als je al met een opzoekingsstudie moet beginnen, kan je net zo goed een schoolboek lezen. Jongeren hebben geen tijd meer en moeten direct in een verhaal getrokken worden. Als ze het verhaal al niet begrijpen en woorden moeten opzoeken is de zin al snel over.

          1. Knakker is ook niet echt een veel gebruikt woord hier.. Zal de vertaling van ‘dude’ zijn geweest, gok ik zo. Het is meer een beledigend woord voor jongen of man. Wat kan ik zeggen, Nederlanders zijn vrij plat en grof in hun beledigingen.

            Koelkast wordt in Nederland ook gewoon gebruikt (al gebruiken sommigen ijskast en dat vind ik heel verwarrend want dat zie ik als een vriezer). Microgolfoven wordt in Nederland niet gebruikt, dat is een magnetron hier.

          2. En wij zeggen magnetron niet. En daar gaat het dan mis, want daar staat Vlaams dan altijd op de tweede plaats. En voor alle duidelijkheid Microgolfoven staat eveneens in het Nederlands woordenboek. Dus ik denk dat er zeker plaats is voor begrippen die in beide talen verstaanbaar zijn ipv freestyle Nederlands.
            Grappig want die knakker moest net een positief persoon zijn.

          3. Huh. Dat is bizar. Hier wordt het vrijwel altijd negatief toegepast.

            “Die knakker heeft de toetsen nog steeds niet nagekeken” als leerlingen geïrriteerd zijn op een docent.

    1. We hebben het opgezocht in het boek: knakker was de vertaling voor ‘some guy’. Uit de context bleek dat het een voorbijganger was die het opneemt voor de hoofdpersonages.

      1. Dat vind ik wel een vreemde keuze. Knakker wordt in de praktijk negatiever gebruikt. Gozer was dan logischer geweest, al weet ik niet of dit woord in het Vlaams ook gebruikt wordt.

  6. Wat een leuk artikel! Interessant om te lezen hoe dit voor jullie voelt, en zeker ook om die lijstjes te lezen 🙂 Denk dat een Belgische corrector en die woordenlijst het makkelijk zouden kunnen oplossen op termijn.

    Ben ik nog wel benieuwd hoe bij jullie de schoolsystemen werken. Ik heb even gegoogeld en ik zie allerlei soorten, maar daar haal ik niet direct niveauverschillen uit, meer verschillende richtingen?

    1. Bij ons bestaan in het middelbaar 4 takken:
      – ASO: algemeen secundair onderwijs (met Latijn, wetenschappen, talen, ecomonie: heel veel variatie daarin)
      – KSO: kunstsecundair onderwijs (alle richtingen met kunst)
      – BSO: buitengewon secundair onderwijs
      – TSO: technisch secundair onderwijs (alle richtingen voor een meer praktijkgerichte opleiding)

      Alle middelbare richtingen zijn 6 jaar, met en paar uitzonderingen. Naar wat ik begrepen heb, lijkt het best wel op dat van jullie, maar natuurlijk zijn er ook veel verschillen.

      1. Er zijn zeker overeenkomsten, maar ook wel veel verschillen.

        Wij hebben (kort)
        VMBO (verschillende niveaus, van basis tot VMBO-theoretisch) staat voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (4 jaar), hierna ga je naar het middelbare beroepsonderwijs. Is vooral praktijkgericht, al is VMBO-t weer wat theoretischer (en hoger).
        HAVO – hoger algemeen voortgezet onderwijs. 5 jaar. Het 4e en 5e jaar heeft 4 verschillende richtingen die je kunt kiezen. Hiermee kan je naar het hbo. Hogen beroeps onderwijs
        VWO – voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. 6 jaar. jaar 4,5 en 6 hebben richtingen. Je kunt ook grieks en of Latijn hebben, dan zit je op het gymnasium. Met dit diploma ga je naar de universiteit.

        De richtingen op havo en vwo:
        – natuur & gezondheid
        – natuur & techiek
        – economie & maatschappij
        – cultuur & maatschappij.

        Dus het heeft wel wat van jullie takken weg, alleen zijn sommige opleidingen korter.

      2. Even een korte verbetering, als ik mag 😉
        – BSO is beroeps secundair onderwijs (nog praktijkgerichter dan TSO; nadat je afstudeert op het middelbaar ga je normaal meteen werken).
        – BUO is buitengewoon secundair onderwijs. (Maar er zijn meer mensen die hier fouten tegen maken; vroeger stond BSO namelijk wél voor buitengewoon onderwijs!)

  7. Leuk artikel! Ik stoor me hier persoonlijk vrij hard aan omdat ik zelf voor vertaler studeer en er jaar na jaar op gehamerd wordt dat je voor beide taalgebieden vertaalt en dus neutrale woorden moet gebruiken die in beide taalgebieden gangbaar zijn. Maar om eerlijk te zijn vind ik het te letterlijk vertalen van Engelse idiomatische uitdrukkingen nog veel storender en heb ik ook ondervonden dat hoe verder je komt in de opleiding, hoe meer je je ergert aan vertaalfouten in vertaalde boeken waardoor je al sneller naar het origineel gaat grijpen ?

  8. Goed artikel Audrey!

    Ik lees grotendeels in het Nederlands dus ik zie de verschillen in vertalingen.
    Voor het merendeel erger ik me af en toe aan bepaalde woorden, maar bij de meeste boeken valt het mee. Toch zijn er af en toe van die vertalingen waarbij ik constant geconfronteerd wordt met irritante Nederlandse vertalingen in 1 boek. Dat zijn net de boeken die ervoor zorgen dat ik soms een bepaalde auteur ga mijden enkel en alleen door de vertaling en dat is jammer.
    Als Vlaming ben ik al gewend dat er af en toe een Nederlands woord in een boek staat, maar een overvloed is ook voor mij te veel.
    En ik ga sowieso niets opzoeken als ik aan het lezen ben. Als ik een Nederlandse vertaling zie over een schoolopleiding dan lees ik daar gewoon over. Het interesseert me niet op welk niveau het hoofdpersonage zit en dat is ook nooit heel belangrijk om het verhaal te begrijpen.

    @Emmy: ik vind het jammer dat je benadrukt dat de Vlaamse markt maar een heel klein deel van de boekenmarkt is. Hierdoor lijkt het alsof wij niet belangrijk genoeg zijn om rekening mee te houden. Als dat zo is, dan moeten de uitgeverijen ook niet blijven hameren op het feit dat de lezers meer Nederlands moeten lezen. Dan mogen ze er duidelijk bij zeggen dat de Nederlanders meer Nederlands moeten lezen. Ik denk dat elk verkocht Nederlands boek belangrijk is voor iedereen.

    1. Dat vind ik wel een beetje appels met peren vergelijken. Het is immers een feit dat er meer Nederlandssprekende mensen zijn dan Vlaams sprekende. Dat is een feit en daar zal hoe dan ook niks aan veranderen, tenzij Vlaanderen opeens x keer zo groot wordt. ‘Slechts’ 6,4 miljoen van de ongeveer 23 miljoen Nederlands sprekende mensen spreekt Vlaams. Dat is nog steeds een grote groep die niet vergeten mag worden, maar wel een minderheid.
      Ik vind het een beetje kort door de bocht om dit aan het feit dat uitgevers vinden dat we meer NLs moeten lezen, te hangen. Dit staat in mijn ogen los van elkaar. Ik denk dat alle uitgevers – waar ook vandaag – moet stimuleren om meer in moedertaal te lezen. Welke taal dit ook is.
      Daarnaast worden veel boeken in België vertegenwoordigd door Belgische takken van uitgevers of soms zelfs een heel andere uitgever, maar worden alle vertalingen meestal wel gefinancierd door de Nederlandse tak. En tja.. als we over geld beginnen dan is het helaas zo dat daar heel harde keuzes in worden gemaakt. Het is dan vrij logisch dat uitgevers zich meer richten op Nederland dan op Vlaanderen.
      Ik ben het helemaal met je eens dat elk verkocht Nederlands boek voor iedereen belangrijk is. Het feit is wel dat de kans een stuk hoger ligt dat dit boek in Nederland wordt verkocht. Ik denk dat er een kans ligt voor Nederlandse uitgevers en hun Vlaamse collega’s om hier over te buigen. Ook denk ik dat er kansen liggen om bepaalde termen uit te wisselen zodat zowel Nederlands als het Vlaams breder wordt.

  9. Ik ben echt heel blij dat je dit aanhaalt. Want in tegenstelling tot de afwimpelingen van Emmy, valt het inderdaad niet meer mee. Als iemand die dicht bij de grens woont heb ik voor sociale contacten alleen, dus niet enkel voor boeken, het scholensysteem van nederland al meermaals opgezocht en dat is nu eenmaal niet eenvoudig. Het lukt me amper om de grote lijnen te onthouden omdat ik er simpelweg niet in mijn dagelijkse leven mee bezig ben.

    Tegenwoordig erger ik me enorm aan vertalingen en ik lees daardoor effectief meer Engels wat ik zonde vind want ik hou van Nederlands. Ik schrijf in het Nederlands, ik slam in het Nederlands en ik dicht en studeer in het Nederlands. Vlaams, weliswaar, maar zoals je maar al te goed aanhaalt is dat voor Nederlanders blijkbaar gewoon een denigrerende noemer voor een taalvariëteit geworden. Ik word er dan ook echt kwaad van dat Nederlandse uitgevers getalenteerde Vlaamse debutanten niet de kans geven omdat het te Vlaams is, alsof het effectief minderwaardig is, alsof wij per definitie niet juist spreken, terwijl Vlaams oprecht charmes heeft die Nederlanders niet kennen omdat het eruit gefilterd wordt.

    1. Wat jammer dat je mijn mening ervaart als afwimpelingen, Doreen. Ik heb immers meerdere malen gezegd dat ik het wel belangrijk vind dat er meer gekeken gaat worden naar hoe Vlaams en Nederlands elkaar de hand kunnen geven en dat het belangrijk is dat uitgeverijen zichzelf openstellen voor feedback.

    2. Doreen, ik ga even inpikken op je zin van dat het Vlaams eruit gefilterd wordt. Dit is niet zo als je erop staat als auteur dat het erin blijft staan. Het is tenslotte jouw boek. Ik heb echt nog veel Vlaams in mijn trilogie en dat is gewoon omdat ik op voorhand zeg tegen de redacteur: “Geen Vlaams schrappen. Wel als het dialect is. Of als het echt onbegrijpelijk is voor Nederlandse lezers.” En dan zoeken we een tussenoplossing die voor beide landen begrijpelijk is.
      Niet elke uitgever filtert dit er dus uit. Als dat gebeurt, is het een persoonlijke keuze van de auteur.

  10. Wat een goed artikel!

    Ik vind het vooral jammer dat er naar ons Vlamingen gekeken wordt als ‘de minderheid’. Het is zoals je zegt, Vlamingen moeten hun tekst aanpassen aan het Nederland Nederlandse taalgebruik maar omgekeerd gebeurd het amper tot nooit. Ik denk dat een Vlaamse proeflezer echt enorm veel kan betekenen voor uitgeverijen.

    Ik kan wel over bepaalde uitdrukkingen/woorden lezen, maar te is te natuurlijk.

  11. Vergeet niet dat het huidige Belgisch-Nederlands het dichtst staat bij het Nederlands zoals dat vroeger gesproken werd. Puur arbritrair is dan ooit beslist om het DIALECT dat in de Randstad gesproken werd, in te voeren als standaardtaal voor de hele Lage Landen. Het feit dat die taalvariëteit redelijk ver weg stond van het Vlaams, was bijzaak en Vlamingen hebben dan van bovenaf een taal opgelegd gekregen. Oké, zo zij het nu eenmaal, we hebben ons toen aangepast en moeten dat nu nog steeds doen.

    Maar om dan nu af te komen met het belachelijke argument “Vlamingen zijn een minderheid en dat is economisch niet interessant” is echt een rotopmerking en zou je niet in de mond nemen als je de taalgeschiedenis van beide landen zou kennen. Bah.

    (En ja, ik was ook zo’n kind dat al die dingen dan maar geen opzoeken zonder er meer achter te zoeken, die moeite nam ik wel. Maar daar gaat het niet over, het toont gewoon een desinteresse en gebrek aan respect van Nederlanders tov Vlamingen als je niet wilt toegeven dat sommige uitdrukkingen niet gekend zijn in België en dat we het dan “maar gewoon moeten opzoeken”. Gelukkig zijn niet alle Nederlanders zo, kijk maar naar Chinouk Thijssen die gelukkig wel de moeite nam om een Vlaamse proeflezer te vragen. ❤)

    1. Dat is waar. Sorry.

      Ik lees zelf ook genoeg Vlaamse ya. boeken waar ik af en toe wat opzoek. En dat vind ik oke.

      Ik zal verder mijn mond houden. 🙂

  12. Goed artikel Audrey en zeker een interessante discussie. Ik merk van mezelf, als volhardende lezer Nederlands, dat ik steeds meer naar Engelse boeken neig. Nederlandse boeken zijn vaak duur, zeker omdat ik veel lees. Naast dit, wordt niet elk boek ook vertaald naar het Nederlands. En als laatste is mijn kennis van Engels maar matig, dus probeer ik vaker een Engels boek te kopen in de hoop van de taal wat meer onder de knie te krijgen.

  13. Heel interessant artikel! Ik ben zelf werkzaam als Vlaamse corrector en werk meestal voor Nederlandse uitgeverijen (omdat er hiervan gewoon meer zijn). Momenteel werk ik aan de ‘ontvlaamsing’ van een boek van een Vlaamse schrijfster. Het zou leuk zijn als het ook eens andersom is; een zeer Nederlands boek taalneutraal maken.

  14. Hee Audrey! Wat een goed artikel! We hebben het er over gehad bij Blossom Books, en als jij ons een lijst zou kunnen sturen van té Nederlandse woorden of uitdrukkingen (een beetje zoals je blogpost), gaan wij die voortaan meesturen naar vertalers. We hebben een soort ‘huisregels’, met hoe we bepaalde woorden schrijven/vertalen en aan welke schrijfwijze we de voorkeur geven etc. We kunnen jouw woordenlijst daarbij zetten met de opmerking om te proberen die te vermijden. Hopelijk komen we onze Vlaamse lezers op die manier wat tegemoet! (Ik vond je lijstjes erg grappig trouwens, want ik zie het écht niet, haha.) Ik zal je hier maandag nog even over mailen!
    Liefs, Lotte

  15. Maar dat is niet enkel bij vertalingen. Dat heb je bij auteurs van eigen bodem ook. Mijn belangrijkste punt daarin is: zorg dat zowel Nederlanders als Vlamingen het begrijpen. Maar behoud de charme van de taal. Dus ga niet ontvlaamsen zoals ik hierboven lees of ontnederlandsen zal ik maar zeggen. Als je iets moet opzoeken of iets niet duidelijk is wordt je uit het verhaal getrokken. Meestal kun je er wel voor zorgen dat het duidelijk is in de contex of de zin even verbouwen en zo kun je toch iets behouden. Ik heb heel veel Vlaams in mijn boeken gehouden (doen ze op mijn verzoek) en er heeft nog niemand gezegd dat er iets niet duidelijk is. Op één woordje na.
    Een Nederlandse corrector die door Vlaamse boeken en omgekeerd gaat doet ook heel veel.

  16. Haha.. als ik (als nederlandse) ‘kloteharses’ lees dan sta ik net zo goed raar te kijken hoor. Ik lees ook niet zo graag vertalingen omdat ze me ook voor de nederlandse taal gewoon net iets te gekunsteld zijn.

  17. Wow, hier heb ik nooit zo over nagedacht, maar wat super interessant!

    Ik merk dat ik zelf ook heel erg in het denkpatroon val van dat Nederlands ‘superieur’ is aan Vlaams en dat ons taalgebied groter is dan dat van jullie. Maar juist daarom vind ik de oplossing die je aandraagt zo interessant! Want hoe moeilijk is het nou om in plaats van brugklas “de eerste (klas)” te zeggen?

    Amerikaanse boeken worden aangepast naar het Brits en Australisch, en vice versa, omdat die talen allemaal Engels zijn maar niet hetzelfde. Volgens mij is de Frans-Canadeze editie ook anders dan de Franse. Nou is Nederlands/Vlaams een te klein taalgebied om dat ook te doen, maar er iets meer op letten zou inderdaad zeker geen kwaad kunnen. Dan zou na de Vlaamse redacteur er weer een Nederlandse overheen kunnen gaan om te kijken of wij die uitdrukkingen weer kennen, en dan samen tot een geheel kunnen komen.

    Wat ik me wel afvraag he. Dit gaat vooral over vertalingen, en origineel Nederlands/Vlaamse boeken worden kort genoemd (of dat was in de comments, weet ik niet meer). Hoe kijk je daar naar? Als een boek origineel Nederlands is, kunnen de overmatig Nederlandse uitspraken dan wel omdat het past bij de setting van het boek, of dan ook niet? Ik zou het bij Vlaamse boeken geen probleem vinden. Het enige ding is dat de Vlaamse boeken die ik tot nu toe heb gelezen ook gepaard gingen met erg veel redactiefouten (namen van personages die ineens veranderden, dubbele of missende woorden, grote grammaticale fouten), en vooral van de grammaticafouten weet ik niet of dat nou een algemene fout is of iets wat in het Vlaams wel mag. Snap je wat ik bedoel? Ik probeer een hele hoop te googlen, maar met dat soort dingen kom je toch vaak op Nederlandse sites terwijl je hier echt een Vlaamse invalshoek wil. En misschien moet ik me eroverheen zetten voor het geval dat het wel Vlaams is. Maar “Met zo’n lekker weer.” (zo’n zou bij ons in ieder geval zulk zijn) of “… met paars, witte en gele bloemetjes op een zachtgroene achtergrond.” (paars zou paarse zijn) kan ik heel moeilijk serieus nemen. Is dat Vlaams? Of? Ik weet het niet.

    Wow sorry deze opmerking liep een beetje uit de hand, maar lang verhaal kort, ik snap je punt over vertalingen helemaal, en ben heel erg benieuwd naar je mening over origineel Nederlands/Vlaams!

    1. Klopt. Sommige woorden worden anders geschreven. Bv Witloof is Vlaams, Witlof is Nederlands (wist ik toen niet). Ook de zinsbouw is anders. Wij gebruiken iets meer woorden in onze zinnen. Mijn schrijfcoach schrapt die en ik volg haar daar dan in tenzij het voor mij raar leest. Een zin die zij omgooit, en hij leest niet vlot voor mij durf ik mee te draaien of een woorden aan toe te voegen. Als de zin nog steeds goed is blijft het staan, anders volg ik haar erin.
      ‘Zulk’ gebruiken wij niet. Paars is in je vb volgens mij toch een fout, moet paarse zijn.
      Weer en terug is ook een verschil. Die terug moet ik steeds veranderen in weer omdat het anders verwarrend is voor jullie.

    2. Hey Eline, even een kleine tip voor je: als je op zoek bent naar echt Belgische sites om die dingen na te kijken, kan je in Google achter je zoekterm gewoon “site:be” plaatsen, en dan krijg je enkel resultaten van sites die een Belgische extensie hebben!

  18. Behalve alles wat hierboven al is gezegd (en er zaten heel interessante dingen tussen), wil ik graag nog twee dingen zeggen:

    Ten eerste:
    Het probleem ligt voor een deel aan de opleidingen, en niet aan de vertalers an se. In Vlaanderen wordt er bij de universitaire (ver)taalopleidingen heel veel aandacht besteed aan de varianten Vlaams en Nederlands (wat Vlamingen dus ‘Hollands’ noemen, voor alle duidelijkheid), en de algemene en specifieke verschillen daartussen. En ook zeker: welke woorden en uitdrukkingen Vlamingen echt nóóit mogen gebruiken.
    Helaas, in Nederland komt dat zelfs op universiteiten totaal niet aan bod; zelfs Nederlanders die een (ver)taalopleiding volgen, leren nooit dat er dingen zijn die niet algemeen bekend of gebruikt worden en dat ze die beter vermijden. Bij hen wordt er (impliciet en onbewust) een idee ingebakken van ‘iedereen begrijpt ons, alles wat we schrijven is oké’. Dat is natuurlijk niet de schuld van de vertaler, maar van de universiteiten, die daar aandacht aan zouden moeten besteden.

    Ten tweede:
    Ik heb slecht nieuws voor iedereen hier. De kloof tussen Vlaams en Nederlands vergroot namelijk steeds meer. Dat is natuurlijk al eeuwenlang aan het gebeuren, onder invloed van allerlei factoren, maar de laatste tijd gaat het veel sneller.
    Dat komt onder andere door de invloed van het Engels: Vlaanderen en Nederland nemen allebei Engelse woorden over, maar dat zijn niet noodzakelijk dezelfde en ze worden ook niet altijd in dezelfde betekenis gebruikt. (Een voorbeeld: ik heb een Vlaming bijvoorbeeld nog nooit ‘appen’ horen zeggen.)
    Een andere oorzaak heeft te maken met wat als ‘Vlaams’ beschouwd wordt. Vroeger bestond er in Vlaanderen niet één algemeen gesproken taalvariant. Er waren meerdere varianten, op regionaal en lokaal niveau (dialecten dus). ‘Vlaams’ was toen een verzamelnaam om alle verschillende dialecten uit Vlaanderen samen te benoemen. Tegenwoordig verdwijnt dat lokale aspect echter, en 1) zijn al die lokale varianten aan het verdwijnen of 2) worden die verspreid en overgenomen doorheen heel Vlaanderen. Bij dat laatste gaat het dan vooral over Brabantse woorden (Antwerpen, Mechelen, Brussel en Leuven). Waar ‘Vlaams’ dus vroeger die verzamelterm voor een groep dialecten was, wordt het nu eerder begrepen en gebruikt in de betekenis van die eengemaakte taal(variant) die ontstaat uit die lokale en regionale variëteiten. Dat proces is nog steeds bezig, en heeft onder andere als gevolg dat Standaardnederlands in Vlaanderen vervangen wordt door niet-Standaardnederlands. Die niet-standaardtaal, en dus het ‘nieuwe’ Vlaams in het algemeen, zijn ondertussen zo ingeburgerd dat de Vlamingen ze als natuurlijker beschouwen dan het Standaardnederlands.
    Verder is er ook heel weinig contact tussen de twee gebieden; er wordt nauwelijks over de landsgrenzen gekeken, dus er is ook geen uitwisseling van de taalvarianten. Dat is ondanks de inspanningen van de regeringen, die in 1980 de Nederlandse Taalunie hebben opgericht met als doel de varianten dichter bij elkaar te brengen. Het lijkt er echter hoe langer hoe meer op dat dat veel te laat gebeurd is en dat de verschillen al veel te groot zijn – zelfs al wordt er tegenwoordig meer rekening gehouden met het Vlaams dan vroeger het geval was.
    Zowel Nederlanders als Vlamingen lijken soms ook wat onverschillig tegenover elkaar te staan en niet echt moeite te willen doen – ook doordat veel mensen waarschijnlijk vinden dat het te laat is en dat de verschillen te groot zijn om er nog iets aan te doen. Bovendien is het grote probleem ook dat een verandering in taal en een afsplitsing van de standaardtaal niet teruggedraaid kan worden. En dat weten mensen ook, wat de onverschilligheid nog vergroot; je tegen die veranderingen verzetten is namelijk nutteloos, want ze zijn niet te stoppen, ze gaan automatisch. Dus waarom dan nog moeite doen als het iets onvermijdelijks is? Evoluties in taal gaan heel geleidelijk en brengen veranderingen teweeg in je taalgevoel. Als de Taalunie opeens een wet zou maken dat we – om maar iets belachelijks te zeggen – vanaf nu altijd ‘het koe’ moeten zeggen in plaats van ‘de koe’, gaat natuurlijk niemand dat doen, want het voelt niet normaal aan. Alle verschillen tussen Vlaams en Nederlands zitten in ons taalgevoel, en die gaan we er niet bewust uit kunnen halen. Als er toch een verschil verdwijnt, is dat te wijten aan toeval.
    Verder is het gewoon een vicieuze cirkel: de verschillen worden groter en groter, en dat zal hoe langer hoe sneller gaan, zeker in jongerentaal. Als het zo doorgaat (en het gáát zo door, wees daar maar zeker van!), dan zijn er binnenkort twee talen. Wetenschappers zetten Vlaams tegenwoordig ook al dikwijls op een aparte tak in hun boomdiagrammen, afgesplitst van het Nederlands. Dat betekent dus dat Vlaams merkbaar anders is dan het Nederlands, en veel mensen hebben dat idee ook al – in elk geval in Vlaanderen, waar mensen over het algemeen wel weet hebben van de verschillen tussen Vlaams en Nederlands en die te groot vinden om over een echte taaleenheid te spreken.

    Over het algemeen gesproken ziet het er dus naar uit dat binnen afzienbare tijd het Nederlands en Vlaams te ver van elkaar verwijderd raken om als één geheel te zien. Dat heeft kortweg twee gevolgen die voor deze discussie belangrijk zijn. 1) Er kan en zal dan niet meer gesproken worden over één taalgebied en één taal, maar het zal dan over twee aparte taalgebieden en twee aparte talen gaan. 2) Het wordt dus onmogelijk om boeken uit te brengen voor Nederland en Vlaanderen samen, omdat een van de twee groepen altijd een erg onnatuurlijke leeservaring zou krijgen. Als uitgeverijen de verkoopcijfers goed willen houden en beide segmenten willen aanspreken, dan zullen er twee versies moeten verschijnen, een in elke taal. Het is onduidelijk wanneer de kloof zo groot geworden zal zijn, maar dat moment zit eraan te komen – en de kans is groot dat het er veel sneller komt dan verwacht.

  19. Boeiend stuk en wat een discussie eronder!
    Zelf heb ik een hele tijd vrijwel geen vertalingen gelezen, omdat ik me enorm kan ergeren aan houterige zinnen. Gelukkig zijn er ook genoeg vertalers die hun vak wel verstaan en lees ik nu heel graag boeken uit andere landen en vreemde talen. Wel lees ik ook regelmatig een boek in het Engels, om die taal bij te houden. Maar het is fijn om de keuze te hebben, want literair Engels kan heel pittig zijn en dan heb ik soms liever een sterke vertaling dan dat ik het verhaal niet goed begrijp. Ik herken wel wat jij zegt over vertalers/uitgevers die je graag leest en die je vermijdt. In mijn blogs over vertaalde boeken zeg ik daarom ook altijd iets over hoe ik de vertaling ervaren heb en noem ik de naam van de vertaler(s).

  20. Ik lees dit (NL) / deze (BE) blog 😉 nu pas, nadat ik het panelgesprek op de Boekenbeurs heb bijgewoond dat hierdoor werd georganiseerd. Even voorstellen: ik ben zelf vertaler, maar niet van literatuur. In ‘onze’ tak van de sport worden we al langer geconfronteerd met dit probleem, namelijk teksten richten op ofwel de Belgische, ofwel de Nederlandse, ofwel de Nederlandstalige markt. Dat komt omdat onze klanten, doorgaans bedrijven, dat nu eenmaal vragen. Dan valt er niet veel te discussiëren, dan maak je er gewoon het beste van. Dus het kan echt wel, als het moet. En voor je zegt: ‘dat is iets anders, want minder spreektaal en dialogen’, dan heb je gedeeltelijk gelijk. De meeste teksten, zoals handleidingen, productbeschrijvingen, verslagen enz. zijn inderdaad vrij neutraal – al hangt dat ook af van de producten zelf. Maar marketingteksten vragen echt wel ingrepen die verder gaan dan puur hier en daar een woordje aanpassen. Je moet, net als bij literatuur, je publiek aanspreken, hun interesse wekken. Dat lukt niet met taal waar dat publiek zichzelf niet in herkent.
    Er is veel overleg over, tussen Vlamingen en Nederlanders en we hebben daar ook onze methodes voor ontwikkeld. Ik geef ze hier even mee:
    – vragen stellen aan elkaar, via sociale media is ideaal
    – de taaldatabank GentVertaalt: http://www.gentvertaalt.be/taaldatabank/
    – er bestaat een hele lijst naslagwerken die inspelen op die verschillen. Voor beeldend taalgebruik (idioom, metaforen en dergelijke) is ‘Met zoveel woorden. Gids voor trefzeker taalgebruik.’ een echte aanrader: https://www.standaardboekhandel.be/p/met-zoveel-woorden-9789059088092. Wat vloekwoorden betreft: vorig jaar zijn bij Lannoo twee Vloekboeken verschenen, een Vlaams en een Nederlands. Ze zijn allebei door dezelfde auteurs geschreven, een Belgische en een Nederlander. En ze overlappen gedeeltelijk. Inspiratie zat dus.

    Ik verdiep me er zelf ook al een paar jaar in en werk op dit moment aan een boek waarin ik zoveel mogelijk duidelijkheid probeer te scheppen in de chaos. Deze/Dit blog is meteen een geweldige inspiratiebron en bevestigt vooral heel veel wat in andere sectoren ook speelt.

    De weerstand die ik hier voel bij de Nederlanders hadden mijn collega’s ook lang, hoor. Beste Nederlanders: ja, het is weerstand, en je komt er niet met ‘we begrijpen het’, want er volgt altijd een ‘maar’ of een ‘los het zelf even op’). De oplossingen die ze toen aanreikten ken ik ook: ‘zoek het op, daar leer je van, dat is toch leuk’, ‘maak een lijstje en stuur het ons even’, ‘nu ja, wij zijn nu eenmaal met meer’. Intussen weten ze dat ze zelf ook water bij de wijn moeten doen, omdat hun klanten dat nu eenmaal vragen en Vlamingen zich, in tegenstelling tot tien jaar geleden, wel degelijk storen aan ’te Hollands’ taalgebruik en het zeggen ook. Dat is ook een kwestie van marktwerking.

    Dat beide taalvariëteiten uit elkaar groeien, zoals Tim zegt, klopt overigens wel. Dat dat automatisch tot twee talen gaat leiden, is een andere zaak. Taalkundig kun je immers nooit de grens leggen tussen wanneer we over variëteiten spreken en vanaf wanneer over talen. Dat is een politieke beslissing. Dus: zodra Vlaamse politici beslissen dat we in Vlaanderen Vlaams spreken en geen Nederlands, of zodra Nederlandse politici beslissen dat ze in Nederland Noorderlands (of Randstads of zoiets) spreken en geen Nederlands, spreken we over twee talen. Maar dat zie ik nog niet meteen gebeuren. Net zoals het VS Engels en het VK Engels op heel veel vlakken verschillen, maar geen van beide naties het in zijn hoofd zal halen om hun variant als een andere taal te claimen. It’s all politics. And the economy.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.